TWEEDE DIVISIE KRANT www.TweedeDivisieKrant.nl TWEEDE DIVISIE KRANT www.TweedeDivisieKrant.nl Als je het over een echte routinier hebt, dan is Henry Opoku daarvan een sprekend voorbeeld. De 32-jarige rechtsback van ADO’20 heeft veel ervaring in de top van het amateurvoetbal. Hij mag als een van de oudere spelers uit zijn team worden gezien, maar een leider is hij zeker. “Ik heb vanuit mezelf iets, dat ik altijd mensen probeer te helpen. Zowel binnen als buiten het veld.” HENRY OPOKU: EEN VOORBEELDFUNCTIE VOOR DE VOETBALLERS VAN NU HEEMSKERK – Henry Opoku is 32 jaar. Ook al is ADO’20 dit seizoen nieuw in de Tweede Divisie en debuteert de rechtsback eindelijk op dit niveau. Opoku neemt een karrenvracht aan ervaring mee. Zo kwam de voetballer met zowel Nederlandse als Ghanese achtergrond twee jaar uit voor het hoogste jeugdteam van AFC. Hij speelde daarna ook twee jaar voor de Amsterdamse stadgenoot Blauw-Wit om in 2012 over te stappen naar EDO, waarmee hij na opnieuw twee jaar afzwaaide met promotie naar de toenmalige Topklasse. Drie jaar verdedigde hij daarna de clubkleuren van het roemruchte Quick Boys om in 2017 OFC Oostzaan te versterken. Na drie seizoenen stapte hij in 2020 over SDZ. “Ja grappig. Een vriend van mij benaderde me daarvoor en zei ‘kom laten wij naar SDZ gaan’. Het was praktisch achter mijn huis, dus dat was fijn. Wij trainden bij SDZ twee keer in de week, terwijl ik altijd gewend was om drie keer te trainen. Ik merkte aan mijn lichaam van ‘hey Henry, twee keer is eigenlijk toch te weinig, je wilt nog wel wat doen’.” Een seizoen later keerde de oude trainingssituatie met zijn overgang naar ADO’20 terug. “Mijn oude trainer van EDO, Roy van der Meije, ging daarheen. Hij belde mij op en vroeg of ik nog een avontuur aan wilde gaan. Ik vroeg waarheen? Hij zei ‘naar ADO’20’.” Voor Opoku was ADO’20 geen onbekende club. “Ik heb vaak tegen ADO‘20 gespeeld. Het was altijd een grote warme club met veel historie. Ze maakten vaak bekeravontuurtjes mee en dat zag ik zitten. Fysiek kon ik het nog aan en ik kon het goed combineren met thuis. Mijn partner gaf aan van ‘doe het, je wilt het graag’. Zo lang ik dit kan combineren, wil ik gewoon doorgaan.” EEN ECHTE LEIDER Voor zijn werk krijgt Opoku veelvuldig te maken met persoonlijke situaties. Als onderzoeker bij de GGD Amsterdam werkt hij voor Veilig Thuis Amsterdam. “Wij houden ons daar voornamelijk bezig met huiselijk geweld en kindermishandeling. Ik ben dagelijks aan het rennen en vliegen. Ik houd meerdere balletjes hoog, omdat ik naast mijn werk en het voetbal ook vader ben van twee dochters. Mijn partner ondersteunt mij goed hierin en mijn kinderen vinden het voetbal leuk. Ze komen met zijn allen vaak kijken. Dat geeft mij extra kracht om door te gaan. Dit is terug te zien in de manier waarop ik speel. Dat straalt uit hoe ik als persoon ben. Ik ben sociaal en een teamspeler. Ik probeer andere jongens door mijn ervaringen beter te maken. In de groep is het ook zo dat ik het fijn vind dat iedereen, als we bij elkaar zijn, zich prettig voelt. Dat is voor mij het allerbelangrijkste.” Opoku mag misschien geen aanvoerder zijn, maar het helpen van mensen is hem met de paplepel ingegoten. “Ik probeer waar nodig iedereen in het veld scherp te krijgen en te ondersteunen. Ik ben inmiddels iets ouder en probeer daarom ook de jongere jongens wat mee te 20 | DE TUSSENSTAND SEIZOEN 2023/2024 geven. Denk aan wat er binnen het veld allemaal verwacht wordt en waar ze zich in kunnen verbeteren. Ik probeer zo toegankelijk mogelijk te zijn, zodat mensen ook mij kunnen aanspreken. Ik sta altijd tussen de jongens, dat is fijn. Ik heb de rol als mentor hier op me genomen. Dat gaat goed en wordt gewaardeerd. Dit geeft mij energie om door te gaan.” ‘ADO’20 WAS VOOR MIJ ALTIJD EEN GROTE WARME CLUB MET VEEL HISTORIE’ HENRY OPOKU TEAMGEEST “Wij komen natuurlijk vanuit de Derde Divisie. In mijn eerste jaar hebben wij als spelers nooit uitgesproken dat wij kampioen wilden gaan worden. Dat was ik niet gewend. Bij clubs waar ik vandaan kom, werd vooraf gezegd: luister, we moeten kampioen worden. Hier was het anders. Daarin merk je dat hier een andere benadering was naar spelers toe. Hoe de staf met je is. Er is minder druk en je kunt hier na de wedstrijd een biertje drinken en een feestje maken. Daar ligt nu onze kracht. Wij moeten niet, maar we willen wel het hoogst haalbare.” De promotie naar de Tweede Divisie is volgens Opoku meer dan verdiend en valt volgens meerdere redenen te verklaren. ”Bij ADO’20 zitten veel jongens uit de regio en meestal zijn dit jongens die elkaar uit het verleden kennen. Dat is de kracht van het team. Jongens hier uit de buurt, vrienden van elkaar. Ze hebben bij elkaar op school gezeten of in een ander team. Na de wedstrijd staan ze hier nog lang te genieten, gaan samen de stad in en af en toe ga ik mee. Ik moet die jongens wel leren hoe het gaat, haha. We hebben weinig jongens die uit Amsterdam komen en hier bij de club iets komen regelen. Daarnaast zijn de vrijwilligers hier fantastisch en volledig betrokken en is de jeugd trots dat ze voor ADO’20 voetbalt.” GEEN SPIJT Opoku heeft geen spijt gehad van zijn carrière door al op jonge leeftijd een treetje lager in te stappen. “Nee, ik heb hiervan juist meer geleerd. Nou ja, je weet nooit wat de toekomst brengt. Ik was natuurlijk jong toen ik bij AFC speelde. Als je als jonge jongen bij de selectie komt, blijf je altijd die jonge jongen. Voor mijn gevoel dacht ik van ‘weet je, ik ga gewoon lager voetballen en als ik daar dan in het eerste speel en mijn best doe, dan komt het allemaal vanzelf’. Dat heb ik gedaan en dat heeft voor mij heel goed uitgepakt. Ik leerde veel van de oudere jongens binnen de ploeg en nu merk ik dat ik die jongere jongens juist help. Ik merk dat, doordat wat ik heb meegekregen, ik zoveel mogelijk aan die jongens hier wil meegeven. Dat vind ik het belangrijkste.” (AvS)
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=